de vijf basismethoden voor het vissen zijn het vissen met aas, het vliegvissen, het gieten met aas, het spinnen en het trollen. Alle worden gebruikt in zowel zoet-als zoutwatervissen.

aasvissen, ook wel still fishing of bottom fishing genoemd, is zeker de oudste en meest universeel gebruikte methode. In de Britse zoetwatervisserij wordt het gebruikt om zogenaamde grove (of ruwe) vis te vangen. Deze omvatten brasem, weerhaak, zeelt, dace, en andere nongame soorten. Een aas wordt gespietst op de haak, die wordt “ingesteld” door de visser het verhogen van de punt van de hengel wanneer de vis slikt het. Gemeenschappelijke aas in de visserij omvatten wormen, maden, kleine vis, broodpasta, kaas, en kleine stukjes groenten en graan. Het aas kan worden gewogen met wat wordt genoemd een grootboek in Groot-Brittannië en een zinklood in de Verenigde Staten, meestal van lood. Bij dit soort vissen houdt de visser gewoon de hengel vast of legt hij hem neer en wacht hij op de telltale sleepboot van de vis om door de lijn te worden overgebracht. Aas kan ook worden gevist door het op een gekozen diepte op te schorten onder een drijvend voorwerp dat is bevestigd aan de lijn die is gemaakt van kurk of plastic, een float genoemd in Groot-Brittannië en een bobber in de Verenigde Staten. De visser probeert het aas op te hangen op een diepte waar foeragerende vissen het zullen opmerken en op locaties in de buurt van de natuurlijke schuilplaatsen van vissen—zoals verzonken onkruidbedden, boomstammen en onderwater rotsformaties.

de hengels die in Noord-Amerika en Groot – Brittannië worden gebruikt voor de stilstaande visserij zijn gewoonlijk 1,8 tot 2,7 meter lang, met een vaste spoel en een monofilamentlijn van 2 tot 25 pond (900 tot 11,300 gram) teststerkte. In Noord-Amerika, nog steeds vissen wordt meestal beoefend met conventionele aas-casting of spinnen tackle. Zoetwatervissen die met deze methode worden gevangen, zijn blauwgors, crappies, baars, karper en meerval, evenals baars en walleyes. De meest voorkomende natuurlijke Noord-Amerikaanse aas zijn wormen, minnows, rivierkreeft, gesneden vis, bloedzuigers, en larven of maden.

een andere vorm van aasvissen, meestal in rivieren en beken, bestaat uit het drijven van een aas haak in diepe poelen en onder in-Beek dekking (zoals logs en rotsen) om wildvissen die zich op die locaties te vestigen om te voeden. Conventionele spinning vistuig is de uitrusting van de keuze voor deze stijl van vissen.

IJsvissen, door gaten in bevroren meren, is vooral populair in het noordoosten van de Verenigde Staten en de Grote Meren–St.Lawrence valley in de Verenigde Staten en Canada. Apparatuur is meestal een drie-voet staaf met een eenvoudige haspel of een klaaslike apparaat te houden niet-diepvriezende monofilament lijn en een tilt, of tip-up, om te signaleren wanneer de vis het aas heeft genomen. De vissen die door het ijs worden gevangen variëren van panfish (crappies, bluegills en baars) tot grotere wildvissen (snoek, walleye, baars en meerforel). IJsvissen werd in de 20e eeuw steeds populairder in Scandinavische en andere Europese landen waar het door de zware bevriezing mogelijk is.

vliegvissen is een manier om te vissen met een hengel van 2,1 tot 3,4 meter lang, een eenvoudige doornhaspel en een zware met kunststof beklede lijn die is verbonden met een lichtere Nylon leider. De staaf wordt gebruikt om kunstmatige vliegen—gemaakt van haar, veren, of synthetische materialen en ontworpen om de natuurlijke voedselbronnen van de vis te imiteren. De fly-fisher klikt de lange stang heen en weer, waardoor het zwaardere gewicht van de lijn de bijna gewichtloze vlieg naar voren stuwt. De vlieg moet zo voorzichtig mogelijk op het water landen om te voorkomen dat de vissen schrikken. Een eenvoudige haspel wordt alleen gebruikt om de lijn te bevatten en om te helpen bij het vermoeien van een haakvis. Vissoorten zijn forel en zalm, maar tegen het einde van de 20e eeuw werden vrijwel alle wildvissen, van panfish tot muskellunge, met vliegen gevist.

Aasgieten en spingieten verschillen hoofdzakelijk in het type haspel, de lengte van de staaf en de sterkte van de gebruikte lijn. Aas gieten gebruikt meestal een haspel met zwaardere lijn, vaak in de 10-tot 20 – pond (4.500-tot 9.000-gram) testbereik. De meeste spinnende rollen worden meestal in de wachtrij geplaatst met lichtere lijnen in de 6 – tot 10-pond (2,700 – tot 4.500-gram) testklasse. Spinnen staven zijn over het algemeen 6-10 voet (1,8–3,0 meter) lang, terwijl de gebruikelijke lengte van een aas-casting staaf is 5-6 voet (1,5–1,8 meter). Aasgieten gebruikte oorspronkelijk levende minnows, maar groeide uit tot het gebruik van kunstaas-stukken metaal of geverfd plastic ontworpen om de natuurlijke prooi van een vis te imiteren-evenals metalen lepels en spinners. Het kunstaas wordt gegoten in waarschijnlijk visrijke gebieden en worden op een manier opgehaald die hen in staat stelt om een zwemactie in het water uit te voeren. Kunstaas varieert in gewicht van 1/16 tot 1 ounce (1,8 tot 28 gram) of meer. Spinning tackle wordt meestal gebruikt met lichtere kunstaas, en Aas-casting tackle wordt gebruikt met zwaardere kunstaas.

Trolling omvat het gebruik van levend aas of kunstaas dat door het water wordt getrokken achter een langzaam bewegende boot, oorspronkelijk geroeid, maar nu in het algemeen motoraangedreven. Trollen wordt meestal gedaan in het binnenland op meren en reservoirs, maar het is ook de primaire methode voor big-game vissen in de oceanen. De methode heeft het voordeel dat het een groot deel van het grondgebied bestrijkt waar vissen anders moeilijk te lokaliseren zouden kunnen zijn. De juiste diepte en snelheid van de plug zijn cruciaal in de methode. De introductie van sonarapparatuur in de tweede helft van de 20e eeuw verhoogde de effectiviteit van trollen aanzienlijk. Staven zijn meestal 5-7 voet (1,5–2,1 meter) lang, en lijnen zijn zwaar, soms van metaal, met toegevoegde gewichten gebruikt om de lokken naar grotere dieptes. In het binnenland wordt de hengel in een rechte hoek gehouden ten opzichte van de beweging van de boot om te profiteren van de veerkracht van de hengel wanneer een vis inslaat. Kunstaas is net als die gebruikt in aas gieten. Zalm, grote forel, walleye en snoek zijn de belangrijkste soorten die worden gevist.