Articles

Algemene benadering van de behandeling van myelodysplastische syndromen

De behandelingsbenadering voor myelodysplastische syndromen (MDS) hangt af van een aantal factoren, zoals:

  • het type MDS
  • de prognostische score (risicogroep) van de MDS
  • leeftijd, algehele gezondheid en voorkeuren

sommige mensen met MDS die heb geen zeer lage bloedceltellingen of hinderlijke symptomen hoeven misschien niet meteen te worden behandeld.

indien behandeling nodig is, wordt een stamceltransplantatie (SCT) meestal beschouwd als de enige manier om MDS mogelijk te genezen, dus kan het de voorkeursbehandeling zijn voor jongere, relatief gezonde patiënten als er een geschikte donor beschikbaar is. Helaas, veel mensen met MDS zijn ouder of in slechte gezondheid en misschien niet goede kandidaten voor een SCT.

wanneer SCT geen optie is, is het zeer onwaarschijnlijk dat MDS wordt genezen, maar het kan vaak nog worden behandeld. Het belangrijkste doel van de behandeling is om symptomen te verlichten en complicaties en bijwerkingen te voorkomen.

als lage bloedtellingen problemen veroorzaken, kunnen ondersteunende behandelingen zoals transfusies of groeifactoren voor bloedcellen nuttig zijn. Zorgvuldige algemene medische zorg en maatregelen om infecties te voorkomen en te behandelen zijn ook erg belangrijk. Ondersteunende zorg is belangrijk, ongeacht of een persoon krijgt andere behandelingen voor MDS.

indien een andere behandeling nodig is, is een chemotherapiegeneesmiddel zoals azacitidine (Vidaza) of decitabine (Dacogen) vaak de eerste keuze, vooral voor patiënten met een lager risico op MDS. Deze geneesmiddelen kunnen vaak het bloedbeeld verbeteren, en veel patiënten hebben minder transfusies nodig en hebben een betere kwaliteit van leven, met minder vermoeidheid. Deze medicijnen kunnen ook helpen sommige mensen langer leven. Een andere optie voor sommige mensen kunnen geneesmiddelen zijn om het immuunsysteem te onderdrukken, zoals ATG en cyclosporine.

als een persoon het del(5q) type MDS heeft (waarbij de cellen een deel van chromosoom 5 missen), wordt lenalidomide (Revlimid) vaak als eerste behandeling gebruikt. Als dit medicijn niet helpt, is behandeling met azacitidine of decitabine vaak de volgende optie.

voor sommige patiënten met meer gevorderde MDS, zoals patiënten bij wie de prognostische scores hoog risico of hoger zijn, of patiënten bij wie MDS eruit ziet alsof het acute myeloïde leukemie (AML) wordt, kunnen standaard chemotherapiemedicijnen een optie zijn. Helaas kan deze behandeling vaak te giftig zijn voor oudere patiënten of patiënten met veel andere medische problemen. Voor jonge en gezonde patiënten, hoewel, de behandeling is vergelijkbaar met de behandeling voor AML.

als een type behandeling niet werkt (of als het stopt met werken), kan een andere worden geprobeerd. Veel nieuwe geneesmiddelen voor de behandeling van MDS worden ook bestudeerd in klinische proeven. Omdat de beste opties om MDS te behandelen niet duidelijk zijn, en omdat MDS vaak moeilijk te behandelen na verloop van tijd wordt, kan deelnemen aan een klinische proef op een bepaald punt een goede optie zijn. Neem contact op met uw gezondheidszorgteam voor meer informatie over klinische proeven die bij u passen.

De behandelingsinformatie die hier wordt gegeven is niet het officiële beleid van de American Cancer Society en is niet bedoeld als medisch advies ter vervanging van de expertise en het oordeel van uw kankerzorgteam. Het is bedoeld om u en uw familie te helpen met kennis van zaken beslissingen te nemen, samen met uw arts. Uw arts kan redenen hebben om een ander behandelplan voor te stellen dan deze algemene behandelingsopties. Aarzel niet om hem of haar vragen te stellen over uw behandelingsmogelijkheden.